Toelichting
De lagere lasten van € 4.947 (voordeel) op dit programma worden voornamelijk veroorzaakt door de volgende factoren:
Rekeningresultaat (voordeel € 1.982):
Het lager rekeningresultaat dan geraamd van € 1.982 resulteert in een voordeel voor taakveld 0.11 (programma 0).
Storting reserves (voordeel € 3.450):
Het voordeel op storting reserves van € 3.450 wordt voornamelijk veroorzaakt door de volgende factoren:
- Lagere storting in de algemene reserve door lager resultaat Bouwgrondexploitatie bedrijven van (€ 2.432): Dit geeft een voordeel voor taakveld 0.10, maar een nadeel op programma 8.2.
- Lagere storting in de algemene reserve door lager resultaat Bouwgrondexploitatie woningen (€ 133): Dit geeft voor taakveld 0.10 een voordeel en op programma 8.2 een nadeel.
- Hogere storting in de doelreserve energietransitie gebouwde omgeving (€ 356): Dit resulteert in een nadeel voor taakveld 0.10, maar een voordeel voor taakveld 7.3.
- Geen storting in de reserve sociale huurwoningen (€ 1.251): Dit geeft een voordeel voor taakveld 0.10, maar een nadeel voor taakveld 8.3.
Vennootschapsbelasting (voordeel van € 1.073):
De verwachte aanslag van de Vennootschapsbelasting bedraagt € 624, terwijl oorspronkelijk € 1.697 was geraamd. Dit resulteert in een financieel voordeel voor taakveld 0.9 van € 1.073, maar veroorzaakt een financieel nadeel op de baten voor taakveld 0.10.
Kosten verkoop grond de Run 1000 (voordeel van € 368):
Het voordeel is voornamelijk ontstaan doordat de kosten voor het bouwrijp maken van de gronden zijn geboekt op programma 8 (projecten derden). Dit resulteert in een nadeel voor projecten derden de Run 1000 op programma 8.
Stelpost onvoorzien (voordeel van € 157):
Het voordeel is ontstaan doordat de post onvoorzien niet volledig is benut.
Toerekening overhead (nadeel van € 104):
Overheadkosten kunnen niet direct aan een specifiek project of product worden toegerekend en worden vaak verdeeld over verschillende projecten of activiteiten op basis van een verdeelsleutel. In dit geval zijn er minder overheadkosten toegerekend aan de projecten en de bouwgrondexploitatie dan oorspronkelijk was gepland. Dit heeft de exploitatie negatief beïnvloed, omdat er meer overheadkosten zijn gemaakt dan er aan de projecten zijn toegerekend, wat resulteert in een nadelig verschil van € 104.
Inhuur- en loonkosten op taakveld overhead inclusief investeringen in de organisatie (nadeel van € 689):
De inhuur- en loonkosten op overhead zijn hoger dan oorspronkelijk geraamd, met een overschrijding van € 507 op inhuur. Dit resulteert in een totaal nadeel van € 689. Tegenover dit nadeel staat echter een voordeel van € 358 op de baten, bestaande uit de vergoeding voor personeel in verband met de WAZO (Wet Arbeid en Zorg), ZW (Ziektewet) en WW (Werkloosheidswet).
Storting voorziening pensioenen wethouders (nadeel van € 956):
De storting in de voorziening voor de pensioenen van wethouders leidt tot een incidenteel nadeel van € 956. Dit wordt veroorzaakt door een daling van de rekenrente en een stijging van de inflatie. Aangezien de actuariële berekeningen pas aan het einde van het jaar worden opgesteld, konden we deze tegenvaller niet eerder voorzien.
De hogere baten van € 3.720 (voordeel) op dit programma worden voornamelijk veroorzaakt door de volgende factoren:
Onttrekking reserves (voordeel van € 2.960):
Het voordeel van € 2.960 op de onttrekking uit reserves is vooral het gevolg van de volgende punten:
- Door een lager prognose van het verwachte resultaat van de bouwgrondexploitatie woningen, is er een hogere storting van € 4.796 in de verliesvoorziening Zilverackers dan oorspronkelijk geraamd. Dit resulteert in een financieel voordeel voor taakveld 0.10, maar een financieel nadeel voor taakveld 8.2.
- De aanvankelijk geraamde onttrekking van € 488 uit de reserve energietransitie is in werkelijkheid een storting van € 356 geworden (zie verklaring onder lasten). Dit leidt tot een financieel nadeel voor taakveld 0.10, maar een financieel voordeel voor taakveld 7.3.
- Er heeft een onttrekking plaatsgevonden van € 584 voor de Vennootschapsbelasting van de BGE’s, terwijl oorspronkelijk € 1.662 was geraamd. Dit resulteert in een financieel nadeel voor taakveld 0.10, maar een financieel voordeel onder de lasten voor taakveld 0.9.
- In 2024 zijn er geen uitgaven gedaan voor middelen ROW, waardoor er geen onttrekking uit de reserve heeft plaatsgevonden. Dit resulteert in een financieel nadeel van € 143 voor taakveld 0.10.
Vergoeding personeel (voordeel van € 358):
Er zijn meer uitkeringen ontvangen dan oorspronkelijk geraamd voor de WAZO (Wet Arbeid en Zorg), ZW (Ziektewet) en WW (Werkloosheidswet). Dit wordt veroorzaakt door een toename van het aantal mensen dat aanspraak maakt op deze uitkeringen.
Werkelijk ontvangen rente (voordeel van € 272):
Het voordeel van de werkelijke ontvangen rente wordt verder toegelicht in de paragraaf over het renteresultaat in de paragraaf financiering.
Onttrekking voorziening verlofsparen en verlofsaldi (voordeel van € 108):
De voorzieningen voor verlofsparen en verlofsaldi zijn dit jaar lager dan vorig jaar, voornamelijk door de lagere plus-uren in vergelijking met het vorige jaar.